Uurtarieven ingenieursbureaus bereiken bijstandsniveau

Mark van Baal

De tarieven van ingenieursbureaus komen onder kostprijsniveau. ‘We moeten ons gezond verstand weer gaan gebruiken’, zegt Harry Webers, algemeen directeur van Witteveen+Bos.

Harry Webers heeft net het jaarverslag van Witteveen+Bos (omzet 105 miljoen, winst 12,2 miljoen) laten opstellen door accountants, die tussen honderd en driehonderd euro per uur vragen. Advocaten kosten Witteveen+Bos tussen de 250 en 400 euro per uur. Tegelijkertijd willen sommige opdrachtgevers slechts een paar tientjes per uur voor zijn ingenieurs betalen, vertelt hij.

 

Een concurrent, waarvan hij de naam niet wil noemen, sloot een raamcontract af met een gemeente in het oosten van het land voor een uurtarief van 35 euro. Raamcontracten, waarin opdrachtgevers voor een aantal jaar het tarief voor ingenieursdiensten vastleggen, worden vaak gegund aan het ingenieursbureau met het laagste tarief.

 

Een uurtarief van 35 euro is omgerekend – inclusief extra kosten zoals werknemerslasten en pensioen – een bruto maandsalaris van 1.550 euro. Ter vergelijking: een bijstandsuitkering is ongeveer 1.300 euro. ‘Ieder bedrijf of overheidsinstantie die ingenieurs in dienst heeft, bijvoorbeeld Rijkswaterstaat, weet dat je voor 1.550 euro geen ingenieur krijgt’, zegt Webers. Ingenieurs gaan dus weg onder de kostprijs. ‘Zowel de ingenieursbureaus als de overheden en bedrijven die ze inhuren, moeten hun gezond verstand weer gaan gebruiken’, zegt hij. ‘Dan kan de situatie weer normaliseren.’

 

Afgelopen jaar was nog een goed jaar voor Witteveen+Bos. Het bureau nam 99 mensen aan en groeide daarmee naar 945 medewerkers, maar Webers vreest dat de tarieven in 2011 verder onder druk komen. ‘Die 35 euro was geen incident.’

 

Overcapaciteit

Het voorlopige dieptepunt was een uurtarief van 28 euro bij een andere aanbesteding. Met name de tarieven bij overheidsopdrachten, waar zestig procent van de omzet van Witteveen+Bos vandaan komt, staan onder druk. Advies- en ingenieursbureau DHV kondigde in december aan mensen te moeten ontslaan vanwege de overcapaciteit en prijsconcurrentie op de Nederlandse markt, vooral in de publieke sector, vanwege bezuinigingen bij overheden.

 

Ingenieursbureaus mogen uiteraard niet met elkaar over tarieven praten, maar ze moeten als branche wel werken aan het imago van ingenieurswerk, meent Webers. ‘Ingenieurs hebben er moeite mee om de toegevoegde waarde van hun advies hard te maken. Pas als er iets mis gaat – een brug stort in of het grondwater is vervuild – dan is die waarde duidelijk.’ Ook mogen ingenieurs wat hem betreft best wat meer opscheppen over hun werk. ‘Wanneer ingenieurs meer trots en zelfvertrouwen hebben en uitstralen, kunnen ze ook redelijke en billijke tarieven vragen.’

 

De ingenieursbureaus Arcadis, Fugro en DHV zijn zelf bezig met het voorbereiden van de presentatie van de jaarcijfers en wilden voor die tijd niet reageren.