Thomas van de Sandt
De Nederlandse technische universiteiten doen het goed met het binnenhalen van de nieuwe Europese consolidator grants. Onderzoekers aan de drie tu’s kregen in de categorie fysica & techniek in totaal € 14 miljoen aan onderzoeksbeurzen toegewezen. Vooral met natuurkundeonderzoek scoren zij goed.
Het is dit jaar voor het eerst dat de European Research Council (ERC) de consolidator grants – van maximaal € 2,75 miljoen – uitreikt. De onderzoeksbeurzen zijn in het leven geroepen om meer ervaren wetenschappers (7 tot 12 jaar na het behalen van hun PhD) te helpen hun eigen onderzoek of onderzoeksgroep intact te houden. Ze houden ook financieel het midden tussen de al bestaande starting grants voor jonge onderzoekers (maximaal € 2 miljoen) en advanced grants (maximaal € 3,5 miljoen).
Van de drie categorieën binnen de consolidator grants (techniek, life sciences en sociale wetenschappen) zijn nu nog alleen de beurzen in de categorie techniek toegewezen. Het leverde de TU/e, de Universiteit Twente en de TU Delft voorlopig zeven beurzen op.
In Twente gaan de consolidator grants allemaal naar nanowetenschappers van het instituut MESA+: Jeroen Cornelissen voor zijn onderzoek naar ‘eiwitkooien’ waarin chemische reacties plaatsvinden, Alexander Brinkman voor zijn analyses van kwantummechanische verschijnselen op het niveau van elektronen, atomen en moleculen, en Jacco Snoeijer (ook actief aan de TU/e), die met de beurs onderzoekt hoe de oppervlaktespanning van waterdruppels aangrijpt op zachte materialen.
Eindhoven heeft vier consolidator grant winnaars, waarvan het er twee deelt met de andere tu’s. Behalve Snoeijer is dat Erik Bakkers (ook werkzaam aan de TU Delft), die de subsidie inzet voor het maken van hele zuivere, dunne nanodraden. Johan Padding krijgt een onderzoeksbeurs voor numerieke modellen van wervelbedreactoren en dr. Nikhil Bansal voor nieuwe algoritmes die fundamentele optimalisatieproblemen in de logistiek moeten oplossen.
In Delft ontvangt, behalve Bakkers, Angelo Simone een beurs voor het ontwikkelen van modellen van vezelversterkte materialen.