TU/e opent PlasmaLab

Leestijd: 2 minuten

Indra Waardenburg

De faculteit Technische Natuurkunde van de Technische Universiteit Eindhoven opende vorige week het PlasmaLab@TU/e. Dit laboratorium is bedoeld voor scholieren, studenten en docenten om te experimenteren met plasma’s, geïoniseerde gassen die zichtbaar worden bij onder andere bliksems, kernfusie en in TL-lampen.

Het laboratorium is een initiatief van de vier vakgroepen van het cluster plasmafysica en stralingstechnologie: Coherentie en Quantum Technologie (CQT), Elementaire processen in gasontlading (EPG), Plasma and Materials Processing (P&MP) en Science and Technology of Nuclear Fusion (FUSION). Al sinds de zomer kunnen studenten hier terecht om experimenten uit te voeren met plasma’s, maar pas deze maand zijn de tien opstellingen, met een waarde van driehonderdduizend euro, klaar voor gebruik.

Plasmafysica wordt alleen onderwezen in Eindhoven, maar de studenten konden tot op heden nauwelijks in de praktijk oefenen met plasma’s. Daar brengt het PlasmaLab nu verandering in. Docenten van de TU/e geven aan dat ze mogelijk in de toekomst ook werkcolleges gaan geven in dit laboratorium.

Lees verder onder de afbeelding

Met behulp van tien opstellingen kunnen bezoekers experimenteren met plasma's. (Copyright: Bart van Overbeeke) 

Met de tien opstellingen zijn verschillende proeven te doen, welke verdeeld kunnen worden in vier thema’s: plasma’s maken, opsluiten, werken met plasma’s en plasma’s diagnosticeren. Deze proeven worden afgestemd op de bezoekers. Scholieren krijgen te maken met toegankelijke experimenten, die telkens gericht zijn op maar een aspect van de plasmafysica. Masterstudenten daarentegen krijgen weinig begeleiding en moeten op basis van eigen kennis complexere opdrachten uitvoeren.

Voordat scholieren, studenten en docenten in het lab aan de slag kunnen krijgen zij een korte uitleg van een technisch medewerker. Het is de bedoeling dat deze instructies, gericht op de verschillende niveaus, beschikbaar komen op een website zodat bezoekers zich kunnen voorbereiden op de experimenten in het PlasmaLab. Daarnaast werken de vier vakgroepen aan de technische beschrijvingen en bouwtekeningen van de opstellingen, zodat alle Europese universiteiten ook zelf een proef kunnen bouwen.

Het PlasmaLab is tot nog toe de enige in zijn soort en de Eindhovense universiteit hoopt hiermee ook buitenlandse Masterstudenten, uit zowel Europa als bijvoorbeeld China, te trekken.

Lees ook

Nieuwsbrief