In samenwerking met Movares
Movares gaat bij natte, beweegbare infrastructuur voor maatwerk.
De intensief gebruikte Nederlandse infrastructuur moet op gezette tijden worden gecontroleerd op slijtage. Vooral de zogeheten natte, beweegbare infrastructuur, zoals beweegbare bruggen, sluizen, stuwen en gemalen, kunnen bijvoorbeeld moeheid gaan vertonen door trillingen. ‘Veel bestaande constructies moeten worden beoordeeld op de Europese Machinerichtlijn voor veiligheid’, zegt Bart Bouwens, businessmanager Transport over Water bij advies- en ingenieursbureau Movares.
‘Het domweg toepassen van de Machinerichtlijn levert vaak kosten op zonder toegevoegde waarde voor de beheerder. Wij gaan voor maatwerk; we analyseren de brug zodat hij voldoet aan de Machinerichtlijn en zorgen er tegelijkertijd voor dat geen overbodige vervangingen plaatsvinden.’ Op de aanstaande Bruggendag 2016 op 17 maart presenteert Movares een item over dit onderwerp.
Slim toetsen en slim herberekenen leidt tot beperkte aanpassingen waardoor de bestaande constructies nog jarenlang plezier opleveren, zegt Bouwens. Zo zijn door dergelijke berekeningen bijvoorbeeld de Eerste Schinkelbrug op de Schiphollijn en diverse verkeersbruggen in Zuid-Holland, zoals recent de vijf bruggen over het Aarkanaal behoed voor grootscheeps onderhoud. Bouwens: ‘Voor dit laatste project hebben we € 1 miljoen kunnen besparen voor de opdrachtgever.’
Bouwens mag enig gezag worden toegekend. De Movares-manager is een schipperskind. Hij is vrijwel de enige in de generatielange schippersfamilie die een carrière op de wal koos. ‘Ik weet heel goed door niet alleen ‘vanaf de wal’ te kijken maar ook ‘vanaf het water’ wat belangrijk is voor tevreden beheerders en tevreden gebruikers’, zegt hij.
In een land met druk bevaren waterwegen en veel weg- en treinverkeer over bijvoorbeeld bruggen, is het bovendien van belang dat het noodzakelijke onderhoudswerk ‘met de winkel open’ plaatsvindt. Movares voerde diverse grote projecten in dergelijke complexe omgevingen uit, zoals de (spoor)draaibrug in Grou (de grootste draaibrug van Nederland) en recent de Ketelbrug in de A6.
Ook voor nieuwe ontwerpen geldt dat het vervoer zoveel mogelijk moet doorgaan zonder dat er bovenmatige hinder optreedt. ‘Dat betekent vaak ontwerpen op de vierkante meter’, aldus Bouwens. Bij de 2e Julianasluis in Gouda zou de uitbreiding van het sluizencomplex met een nieuwe kolk een grotere voorhaven betekenen doordat de schepen nog meer vanuit een bocht komen aanvaren. ‘Met onze modellen baseren we ons niet alleen op theoretische zichtmodellen en oeverlijnen maar vooral hoe de schipper het vanuit de stuurhut ervaart. Dat resulteerde in aanzienlijk minder grond verwerven voor het vergroten van de bestaande voorhaven.’
Soms leidt de praktijkervaring van Bart Bouwens tot onverwachte aanpassingen. Hij wees erop dat de ledverlichting waarmee de meeste seinen en sluizen worden uitgerust bij mistig weer de schippers hinderen en tot onveilige situaties leiden. Bouwens: ‘Ze worden er min of meer door verblind waardoor ze slechter op het gat van de kolk kunnen mikken. Wij adviseren een simpele ingreep als dimmers die kunnen worden aangezet bij slecht weer.’
Ook werken bij Movares? Bekijk onze vacatures of neem contact met ons op!
