Teake Zuidema
Offshore ExxonMobile, Chevron, ConocoPhilips en Shell investeren 800.000 euro in een ‘rapid response system’ om onderzeese spuiters af te sluiten.
De oliemaatschappijen kondigden op een bijeenkomst in New Orleans aan dat ze ieder een kwart miljard dollar zullen steken in de Marine Well Containment Company. Deze non-profit organisatie moet binnen anderhalf jaar over de hardware beschikken om iedere onderzeese spuiter af te kunnen sluiten. Het Noorse Statoil, een bedrijf met veel expertise in de offshore, wil ook meedoen.
Â
De investering is een reactie van de oliemaatschappijen op de vijf miljoen vaten olie die in de Golf van Mexico stroomden na het ongeluk met BP’s Macondo Well. ‘Het is zeer de vraag of het systeem ooit nodig zal zijn, maar het is noodzakelijk om het vertrouwen van het publiek en de overheid terug te winnen’, zei Rex Tillerson, de president van Exxon, bij de presentatie.
Â
Volgens Sara Ortwein, vice-president engineering van Exxon, moet de Marine Well Containment Company een modulair en flexibel systeem ontwikkelen dat binnen 24 uur inzetbaar is. Iedere onderzeese spuiter moet binnen een week kunnen worden afgesloten. Het systeem moet kunnen opereren tot op een diepte van 3300 meter en in staat zijn minstens honderdduizend vaten olie per dag op te vangen.
Â
Het voorlopige design lijkt op de technologie waarmee BP uiteindelijk in staat was de Macondo Well af te sluiten. Edward Markey, democratisch lid van het huis van afgevaardigden en een groot criticus van de olie-industrie, is er dan ook niet blij mee. ‘Het is de oplossing van BP met een nieuw laagje verf erover’, aldus Markey, ‘de oliemaatschappijen zullen meer moeten investeren in technologie die fatale blowouts kan voorkomen.’Â
Â
Het belangrijkste element van het rapid response system is de ‘subsea containment assembly’, een onderdeel dat op iedere blowout preventer, op ieder ander onderdeel van de wellhead en zelfs op iedere mogelijke buis geklemd kan worden. Deze subsea containment assembly bevat zware hydraulische rammen (cilinders die drukkracht genereren) die iedere spuiter moeten kunnen afsluiten.
Â
De subsea contaiment assembly heeft ook afsluiters die geopend kunnen worden om de olie via noodleidingen en een verdeelstation op de bodem van de zee door zogenaamde risers (leidingen die aan boeien hangen) af te voeren naar een capture vessel. Op deze schepen wordt het gas afgefakkeld en de olie doorgesluisd naar een tanker. Hiermee is te voorkomen dat de druk in de wellhead zo groot wordt dat er elders lekken ontstaan.
Â
Wanneer er geen wellhead meer is en de olie uit een gat in de zeebodem omhoog spuit dan heeft de Marine Well Containment Co de beschikking over een serie waterdichte caissons met uiteenlopende afmetingen die met ‘suction piles’ (zuigpijlers) over de spuiter in de zeebodem kunnen worden gedreven. Wanneer de lucht uit deze pijlers wordt gezogen dan zorgt de waterdruk ervoor dat het caisson in de bodem wordt gedrukt.
Â
Wanneer het caisson op zijn plaats zit en vol raakt met olie dan kan de subsea containment assembly in een opening in de top van het caisson worden geplaatst en de olie worden afgevoerd naar het capture vessel. Het is daarbij uitermate belangrijk een systeem te hebben dat alle leidingen verwarmt en dat antivries in de leidingen injecteert. Dit is nodig om te voorkomen dat bevroren methaanhydraten het systeem verstoppen.