Megaklus voor Suezkanaal

Mischa Brendel

Het plan om het Suez­kanaal flink uit te breiden neemt concrete vormen aan. Vorige week werd bekend dat een consortium met daarin Boskalis, Van Oord, Jan De Nul Group en NMDC uit Abu Dhabi de opdracht heeft gewonnen om onder meer zo’n 50 km aan nieuw kanaal, parallel lopend aan het huidige Suezkanaal, uit te baggeren.

De opdracht – met een totale contractwaarde van $ 1,5 miljard – moet rond augustus 2015 al worden voltooid. Reden voor deze haast is volgens Arno Schikker, woordvoerder van Boskalis, een belofte die Abdul Fatah al-Sisi, de huidige president van Egypte, afgelopen augustus heeft gemaakt: het ‘nieuwe’ kanaal moest binnen een jaar klaar zijn. De noodzaak van de capaciteitsvergroting is volgens Maersk Line, de grootste containerrederij ter wereld, niet erg groot. Het bedrijf vindt de dertien uur vaartijd en gemiddelde wachttijd van zeven uur geen probleem. Het consortium houdt zich echter niet bezig met de noodzaak van de uitbreiding, maar alleen met de praktische uitvoering.

Het vernieuwde Suezkanaal krijgt bredere in- en uitgangen, en over een groot deel wordt er ten oosten van het Suez­kanaal een tweede kanaal parallel aangelegd. Het gewonnen contract omvat grotendeels het uitbaggeren van dit nieuwe kanaal, licht Schikker toe: ‘De vernieuwing van het Suezkanaal is opgedeeld in zes percelen. De eerste daarvan gaat om de werkzaamheden aan het meest noordelijke deel van het kanaal. Deze werkzaamheden worden door een Egyptisch bedrijf uitgevoerd. Perceel zes betreft de werkzaamheden aan het meest zuidelijke deel van het kanaal; een Belgisch-Amerikaans consortium neemt deze werkzaamheden voor zijn rekening. Perceel twee tot en met vijf, het tussenliggende gebied dus, is voor onze rekening.’

Omdat het verbreden van het kanaal op korte termijn niet mogelijk is, heeft Suez Canal Authorities gekozen voor een verdubbeling, legt Heleen Schellinck, woordvoerder van Jan De Nul Group, uit: ‘Er zijn immers bruggen en tunnels gebouwd boven en onder het bestaande kanaal. Neem daarbij de bestaande bebouwing langs het kanaal. Deze grote obstakels maken een verbreding van het huidige kanaal onmogelijk.’ Robert de Bruin, woordvoerder van Van Oord, beaamt dit: ‘Een nieuw kanaal heeft minder impact op het scheepvaartverkeer tijdens de constructiefase.’

Zowel het te verbreden deel als het nieuwe, parallelle kanaal krijgen uiteindelijk een breedte van 150 m en een diepte van 24 m. Het bodemmateriaal bestaat grotendeels uit hard gepakt zand, maar op sommige plaatsen betreft het (stevige) klei. Het consortium zet daarom voor deze werkzaamheden snijkopzuigers in, zeventien in totaal. Deze snijkop­zuigers zullen op verschillende plaatsen de omvangrijke baggerwerkzaamheden uit gaan voeren. Schikker: ‘Het Suezkanaal telt veel zijkanalen, maar wij zullen initieel vanuit het noorden en het zuiden te werk gaan.’ In de tien maanden tijd die het heeft, moet het consortium circa 180 miljoen m³ uitbaggeren. Het gebaggerde materiaal wordt opgespoten in depots naast het kanaal en komt terecht in de Sinaï-woestijn.

Jan De Nul Group zet vijf van zijn grootste snijkopzuigers uit eigen vloot in voor de opdracht. ‘De kans bestaat dat er nog droog materieel zal worden ingezet, in het geval dat er boven de waterlijn nog grond moet worden weggenomen’, vertelt Schellinck. ‘Maar dat is in principe de taak van de lokale ‘droge’ contractors.’ Van Oord zet vier grote snijkopzuigers in, waaronder een grote zelfvarende snijkopzuiger. Boskalis denkt aan drie tot vijf snijkopzuigers. Schikker: ‘Het is nu nog niet bekend welke, maar het zal in ieder geval geen invloed hebben op onze andere opdrachten.’ De betrokken partijen zullen allemaal evenveel werk verrichten. Elk bedrijf uit het consortium krijgt dan ook een contractaandeel van $ 375 miljoen.

Schikker: ‘Het is uniek dat er in zo weinig tijd zoveel werk verricht moet worden. Dat is dan ook de reden dat wij ons als consortium voor deze opdracht hebben ingeschreven: om zo voldoende materieel in te kunnen zetten om de opdracht binnen de gestelde tijd te kunnen uitvoeren.’

Ondanks de immense hoeveelheid werk en de relatief korte tijd om dit uit te voeren, maken de betrokken partijen zich geen zorgen. ‘Wij achten de haalbaarheid reëel’, aldus Schikker. ‘Anders hadden we ons ook niet ingeschreven.’