Luchtvaarttechnologie in kunsthart

Leestijd: 2 minuten

Cees van Zweeden

Het nieuws viel goed op de beurs. De aandelenkoers van Carmat steeg 53 % toen bekend werd dat het kunsthart van het Franse bedrijf in vier landen het groene licht had gekregen voor toepassing.

In Europa hebben vijftien miljoen mensen hartklachten, van wie velen alleen gered kunnen worden door een nieuw hart. Maar er is een enorm gebrek aan donoren. Het kunsthart van Carmat kan dat gat vullen, zegt het bedrijf. Klinieken in België, Slovenië, Polen en Saoedi-Arabië bereiden zich voor op de eerste implantatie, waarschijnlijk deze of volgende maand.

Carmats kunsthart werd ontwikkeld door Alain Carpentier, een Franse hartchirurg. Maar hij zou nooit zo ver zijn gekomen zonder een team ingenieurs van Matra, een defensieconcern. Carpentier deponeerde zijn eerste patent in 1998; vijftien jaar en honderd miljoen euro later was het hart klaar.

De eerste pogingen om een kunsthart te ontwikkelen dateren van de vorige eeuw. Pas in 1982 werd de eerste prothese bij een patiënt ingeplant, die echter na amper honderd dagen overleed. Het hart van Carmat moet, zo hebben de ingenieurs uitgerekend, 230 miljoen slagen meekunnen: bijna tien jaar.

Er zijn twee cruciale verschillen tussen het Carmat-hart en alle voorgaande kunstharten, zegt Christian Berg, woordvoerder van het bedrijf: ‘Het eerste verschil is dat wij levend biologisch weefsel gebruiken. Dat elimineert ieder risico van afstoting door het lichaam. Carpentier nam het weefsel van het hartzakje van een rund en maakte dat biologisch inert zonder dat het zijn mechanische kwaliteiten verloor of zijn vermogen zich te omhullen met de proteïnen van de patiënt.’

Het tweede belangrijke verschil, aldus Berg, is dat het hart vanzelf sneller gaat kloppen als de patiënt de trap op rent. Voor die ontdekking gaat het krediet naar Matra. ‘Sensoren en in de prothese geïntegreerde elektronica stellen het kunsthart in staat om direct te reageren op de fysiologische behoeften van de drager’, zegt hij. ‘Als de drager slaapt, vermindert de hartslag. Als hij sport, gaat die omhoog.’

Gebruikmakend van technologie afkomstig uit de luchtvaart slaagden de ingenieurs er ook in de grootte van prothese beperkt te houden. De patiënt moet de batterij en een regelkastje dat de werking ervan verifieert op zich dragen, maar het eigenlijke hart is zo klein dat het in 86 % van alle mannen en 14 % van alle vrouwen past.

Lees ook

Nieuwsbrief