Mischa Brendel
Onderzoekers van de University of California, Santa Barbara hebben een lab-on-a-chip ontwikkeld die via moleculen in de lucht explosieven kan detecteren.
De microfluïdische chip is gebaseerd op de werking van een hondenneus, waarin een slijmlaag moleculen in de lucht opvangt en deze vervolgens concentreert. ‘Het apparaat bevat een real-time detectie- en identificatiesysteem en kan bepaalde moleculen waarnemen bij concentraties van minder dan één deeltje per miljard’, aldus een van de onderzoekers.
De microfluïdische chip stuwt de moleculen door een kanaaltje. In dit kanaaltje reageren zij met nanodeeltjes die de spectrale eigenschappen van de moleculen versterken. Dit gebeurt in de vervolgstap met de zogeheten surface enhanced Raman spectroscopy. Bij deze spectroscopische methode wordt gekeken naar de vibraties en rotaties van elektronenwolken van moleculen door deze met een laser te bestralen. De wijze waarop de moleculen het laserlicht verstrooien, verraadt hun identiteit. De chip zelf is niet groter dan een vingerafdruk.
De microfluïdische chip wist met succes moleculen 2,4-dinitrotolueen te detecteren, een stof die in de lucht vrijkomt bij explosieven gebaseerd op TNT. De chip is volgens de onderzoekers echter ook prima in staat om andere stoffen te detecteren en is daarom te gebruiken om verdovende middelen te detecteren, of om aan de hand van iemands adem vast te stellen of deze persoon een bepaalde ziekte heeft.
De technologie van de chip is gepatenteerd en het bedrijf SpectraFluidics werkt momenteel aan de commercialisatie van het apparaat.
