De KI-p of het ei

Leestijd: 2 minuten

Mischa Brendel

Nederland kampt met een braindrain van kunstmatige intelligentie (KI).

Met die boodschap kwamen vier Nederlandse universiteiten naar buiten in een artikel in het NRC op 27 augustus jongstleden. De Universiteit Leiden, de Universiteit van Amsterdam, de Technische Universiteit Eindhoven en de Technische Universiteit Delft zien allemaal hetzelfde: bedrijven kapen de toponderzoekers op het gebied van KI weg.

Er is veel te doen om KI. Om te beginnen kunnen experts niet volledig eens worden over de exacte betekenis van de term, maar het is wel duidelijk dat we aan de vooravond lijken te staan van de verschuiving van een evolutie naar een revolutie op het gebied van bijvoorbeeld deep learning, big data en neurale netwerken. Hier komt nog eens bij dat ‘echte’ KI erop ingesteld zal zijn zichzelf te verbeteren – het gaat in essentie om zelflerende systemen – waardoor de ontwikkelingen steeds sneller zullen gaan.

Veel ‘groten der aarde’, waaronder Bill Gates, Elon Musk en wijlen Stephen Hawking hebben zich al uitgesproken over de ontwikkelingen van KI: sommigen zien het als een risico, anderen vooral als een kans. Over een aantal zaken zijn de meesten het echter eens. Ten eerste moeten we haast maken met het opstellen van regels hoe we de (r)evolutie het best kunnen ingaan en ten tweede denken de meesten dat we het KI-tijdperk over niet al te lange tijd zullen betreden, waarschijnlijk deze eeuw nog wel.

Het zijn niet alleen de tech-prominenten die het KI-tijdperk zien naderen, ook regeringen zijn hier druk mee bezig. Melanie Schultz van Haegen, voormalig minister van Infrastructuur en Milieu, zei jaren geleden al dat ‘het tijdperk van de zelfrijdende auto is aangebroken. Ik wil dat we hier als Nederland niet alleen klaar voor zijn, maar internationaal ook voorop gaan lopen in deze innovatieve ontwikkeling.’ Dat klinkt fantastisch, maar de wens is de vader van de gedachte: dat vooroplopen, daar heb je kennis voor nodig.

Nu is autonoom rijden – of liever gezegd: wat eraan ten grondslag ligt – slechts een deelgebied in de KI, maar gezien het feit dat we het hier hebben over een technologie waarvan niemand weet hoe die zich precies zal ontwikkelen, is het met geen mogelijkheid te zeggen welke kennis je exact in huis moet hebben en houden.

Moeten we ons zorgen maken over hoe KI zich gaat ontwikkelen? Wellicht. Maar die vraag komt helemaal niet aan de orde als we de kennis niet in huis kunnen houden om dit soort vragen inhoudelijk te behandelen. Het probleem is echter dat de Googles, Facebooks, Microsofts en Volkswagens een veel grotere portemonnee hebben dan de universiteiten en daardoor veel aantrekkelijkere werkgevers zijn. Er is slechts één type werknemer dat niet gevoelig is voor dit soort verleidingen: de KI-werknemer.

Lees ook

Nieuwsbrief
* indicates required